Kenmerken van Dyscalculie

Algemene symptomen van dyscalculie

Kinderen met dyscalculie vinden het moeilijk om de betekenis van getallen en hoeveelheden te leren. Ook krijgen ze wiskundige procedures moeilijk onder de knie. Het ruimtelijk inzicht is minder goed ontwikkeld. Er zijn een aantal symptomen waaraan je dit kunt zien: Het kind kan niet goed tellen, blijft (te) lang op zijn vingers tellen, pakt rekenproblemen niet handig aan, gebruikt eerder opgedane kennis niet of moeizaam, draait getallen vaak om (46 wordt 64 en andersom), maakt veel fouten in de stappen die hij moet nemen en weet niet waar het getal hoort ten opzichte van andere getallen.

Ontstaan van rekenproblemen bij kinderen in groep 1 en 2

In de kleutergroepen krijgen kinderen les in voorbereidend rekenen. Bij getalbegrip leren ze tellen, vergelijken (wat is groter of kleiner, meer of minder) en ordenen (op volgorde zetten, bijvoorbeeld van laag naar hoog). Verder leren ze bij rekentaal begrippen die belangrijk zijn bij rekenen, zoals voor/achter, links/rechts, licht/zwaar. Omdat het tempo van ontwikkeling bij kleuters erg kan verschillen, is het niet erg als een kind achter loopt bij één of meerdere onderdelen van voorbereidend rekenen. Maar als het kind met meerdere onderdelen moeite heeft en dit verbetert niet door extra oefening is er een grotere kans op latere rekenproblemen.

Signalen voor dyscalculie bij kleuters

Er zijn een aantal signalen die bij kleuters kunnen wijzen op dyscalculie. Als een kind moeite heeft met de volgende rekenvaardigheden kan er sprake zijn van een verhoogd risico op dyscalculie: Vergelijken van hoeveelheden. Overzien van kleine hoeveelheden. Vlot tellen van 1 tot 10. Tegelijk aanwijzen en tellen van dingen. Aantallen bepalen. Kleuren en vormen (her)kennen en noemen. Ruimtelijk begrip. Bouwwerken (na)maken met lego of blokken. Richtinggevoel bepalen. Onthouden van geluidsindrukken. Begrippen uit de rekentaal. puzzelen en telactiviteiten leuk vinden.

Kenmerken bij kinderen vanaf groep 3

Kinderen krijgen vanaf groep 3 formeel rekenonderwijs. Dan worden rekenproblemen snel zichtbaar. Naast andere voorkomende rekenproblemen worden er verschillende subtypen dyscalculie aangeduid. De 3 hoofdvormen zijn: getallen slecht kunnen lezen of opschrijven, getallen niet goed kunnen plaatsen en niet goed beheersen van de rekenregels. Over het algemeen geldt: Hoe meer signalen van dyscalculie bij een kind zichtbaar zijn, hoe groter de kans op dyscalculie. Die kans wordt versterkt als extra instructie en oefeningen niet leiden tot verbetering en het kind geen vooruitgang boekt bij het betreffende rekenprobleem.

Signalen voor dyscalculie op de basisschool

Als kinderen in de basisschoolleeftijd moeite hebben met de volgende rekenvaardigheden kan dat een signaal zijn voor een risico op dyscalculie. Onthouden en toepassen van sommen tot 20, de tafels en telhandelingen. Getallen goed lezen en opschrijven. Inzicht in waarde van de verschillende cijfers in grotere getallen. Juiste volgorde van stappen bij ingewikkelde berekeningen. Opgaven waarbij een beroep wordt gedaan op ruimtelijk inzicht. Onthouden van rekenregels, formules, begrippen en symbolen. Klokkijken. Schattend rekenen. Een bijkomend probleem is dat het kind door slechte resultaten faalangst op rekengebied ontwikkelt en een hekel aan rekenen krijgt.